Het onderwijsleergesprek: tool voor het bespreken van gevoelige onderwerpen

Het onderwijsleergesprek is een werkvorm die in het onderwijs gebruikt wordt om leerlingen zelf inzichten te laten verwerven in de leerstof. De meest voorkomende vorm is een gesprek tussen leerling(en) en docent, waarbij de leerling actief op zoek gaat naar meer dan feitenkennis. Dit wordt ook wel ‘high order denken’ genoemd, waarbij er vaardigheden, zoals evalueren, toepassen, samenvatten, analyseren, en samenvatten, nodig zijn om diepere verbanden in de stof te kunnen leggen. Bij TerInfo gebruiken wij het onderwijsleergesprek om moeilijke, beladen en gevoelige onderwerpen te bespreken, zoals het Israëlisch-Palestijns conflict, grensoverschrijdende memes of de oorlog in Oekraïne. In deze blogpost leggen wij daarom uit wat een onderwijsleergesprek is, geven we tips voor het uitvoeren van een onderwijsleergesprek, en laten wij zien hoe wij het onderwijsleergesprek gebruiken in ons materiaal. 

In dialoog met de klas

Het onderwijsleergesprek gaat verder dan alleen een vraag-antwoordmodel. Met het inzetten van een onderwijsleergesprek hoef jij als docent niet alle antwoorden te hebben, maar kun je door middel van een dialoog met elkaar zoeken naar de kernpunten van het vraagstuk. Jij bent weliswaar de gespreksleider, maar de leerlingen geven input en vormen het gesprek.

TerInfo probeert na een heftige gebeurtenis, zoals de tramaanslag in Utrecht of de moord op Samuel Paty, zo snel mogelijk duiding te geven aan de situatie in de vorm van een lesbrief. Hierin gebruiken wij vaak het onderwijsleergesprek, omdat in zo’n situatie leerlingen vaak met veel emoties en meningen de klas in komen. Daarbij kan het zijn dat nog niet alle informatie bekend is. Tijdens het onderwijsleergesprek geef jij ruimte aan de leerling om deze emoties en meningen te uiten, maar daarnaast probeer jij door kritische vragen de leerlingen actief input te laten leveren aan het gesprek. Het stellen van kritische vragen zal dan leiden tot het verder analyseren van hun eerste emoties en meningen, waardoor de leerlingen ook vanuit meerdere perspectieven leren kijken naar de situatie. Door deze strategie toe te passen in je les kan de situatie geduid worden en kunnen leerlingen hun emoties en meningen uiten.

Het onderwijsleergesprek

Het onderwijsleergesprek, ook wel de socratische methode genoemd, is een sterk geleide gestructureerde dialoog. De term leergesprek heeft door de jaren heen een verandering in betekenis doorgemaakt. Voorheen duidde het leergesprek op het gezamenlijk, stapsgewijs doorgronden van een bepaald probleem onder strikte begeleiding van de docent. Tegenwoordig ligt de focus binnen het onderwijsleergesprek meer op het proberen te doorgronden van bepaalde problematiek of onderwerpen door middel van een gestructureerde dialoog. De gesprekleider, meestal de docent, kaart de probleemstelling of het onderwerp aan. Daarbij stelt de gespreksleider steeds kritische vragen om het probleem te verhelderen, en zorgt hij ervoor dat verworven inzichten uitgelicht worden. De leerlingen worden zelf aan het denken gezet doordat ze moeten nadenken over de gerichte vragen en door de vraagtechnieken van de docent (zie tips). Het onderwijsleergesprek is bijvoorbeeld goed in te zetten bij het activeren van voorkennis of het afsluiten van een les.

Tips

Het onderwijsleergesprek valt of staat met een goede vraagstelling en het constructief omgaan met de antwoorden van leerlingen. Er zijn een aantal tips die jou kunnen helpen bij het uitvoeren van een onderwijsleergesprek. Die zetten we hieronder op een rijtje.

Vraagstelling (tempo)

Het tempo waarop de vragen worden gesteld binnen het onderwijsleergesprek is belangrijk. Let erop dat je niet te snel een nieuwe vraag stelt. De leerlingen hebben tijd nodig om na te denken over een antwoord. Houd in je achterhoofd een wachttijd van ongeveer 10 seconden na het stellen van een vraag. 

Voorbeelden:

  • Wat is terrorisme?
  • Hoe ziet terrorisme eruit?
  • Wanneer is iemand een terrorist?

Vraagstelling (formulering)

Ook de manier waarop je een vraag formuleert, is van belang. Houd rekening met de volgende punten: Stel één vraag per keer. Voorkom daarbij herformulering van de vraag waarbij je onnodige informatie toevoegt. Stel geen gesloten vragen en beantwoord je eigen vraag niet. Dit belemmert het actief meedoen van leerlingen. Zorg dat je weet welke elementen van het antwoord je zeker wilt horen in het gesprek. Zo kun je leerlingen sturen naar de richting van het antwoord. Ook helpt het je om je vraag scherper te formuleren.

Bij de vraag ‘Wat is terrorisme?’ wil je de volgende elementen terug horen in het antwoord van de leerlingen:

  • Terroristen gebruiken geweld of dreigen geweld te gebruiken.
  • Terroristen willen landen dwingen iets te veranderen of iets niet te doen. 
  • Terroristen willen mensen bang maken. 
  • Door (dreigen met) geweld willen terroristen ervoor zorgen dat ze aandacht krijgen. 

Vaardigheden

Enkele (high order) vaardigheden staan centraal bij het onderwijsleergesprek, namelijk samenvatten, analyseren, vergelijken, toepassen, uitleggen en evalueren. Probeer deze vaardigheden te stimuleren bij de leerlingen door high order vragen te stellen die raken aan deze vaardigheden. 

De volgende (door)vragen kun je stellen aan leerlingen om high order denken te stimuleren:

  • Kun je het begrip terrorisme toepassen op een voorbeeldsituatie die jij kent (zoals de aanslag op de Twin Towers)?
  • Kun jij een analyse maken van de gebeurtenis van de tramaanslag in Utrecht?
  • Kun je de aanslag op Peter R. de Vries eens vergelijken met de tramaanslag in Utrecht?
  • Kun jij nog iets verder uitleggen waarom je vindt dat de aanslag op Peter R. de Vries wel of geen terrorisme was?

Motiveren

Het kan zijn dat een leerling een antwoord geeft dat jij niet voldoende vindt. Moedig de leerling aan om juiste verbanden te leggen en om logische redeneringen te formuleren. Hardop meedenken kan helpen. Herhaal de redenering van de leerling en vergroot deze uit. Het kan ook helpen om de leerling te vragen om een deel van het antwoord extra uit te leggen. Kap de discussie niet te snel af. Ook is het niet bevorderlijk om te snel een andere leerling het woord te geven of zelf het antwoord te geven. 

Voorbeelden:

  • Probeer zo gedetailleerd mogelijk uit te leggen waarom de aanslag op Peter R. de Vries geen terroristische aanslag was. 
  • Je geeft aan dat de aanslagplegers iets willen veranderen, maar wat dan precies?

Succeservaring

Betrek ook passieve leerlingen. Niet elke leerling zal zich comfortabel voelen om actief bij te dragen aan het gesprek en zal geholpen moeten worden. Daarom zijn succeservaringen ook belangrijk. Benader antwoorden van leerlingen positief, ook al is het niet (helemaal) het goede antwoord. Zorg dat leerlingen dit succes ervaren, omdat anders het risico bestaat dat de motivatie en de eigenwaarde van de leerling verminderd wordt. 

Voorbeelden:

  • Je noemt al een aantal goede/belangrijke elementen, namelijk …
  • Waarom zijn deze elementen belangrijk?
  • Dit is een goed begin van een sterke redenering. Probeer deze redenering nog eens verder te analyseren.

Stel je op als gespreksleider

Het bespreken van terrorisme, politiek geweld en disruptieve gebeurtenissen in de samenleving is voor docenten geen makkelijke opgave. Emoties, meningen, verschillende perspectieven en het ontbreken van informatie zijn onzekere factoren die vaak bij het bespreken van dit soort onderwerpen een rol spelen en die ook jou beïnvloeden. Hiervan bewust zijn is de eerste stap, maar het is niet bevorderlijk om de discussie of het gesprek te laten leiden door je eigen emoties. Daarom is het onderwijsleergesprek een goede werkvorm om dit soort heftige onderwerpen te bespreken. 

Tijdens het onderwijsleergesprek kun jij je opstellen als gesprekleider en hoef jij niet álles van de situatie of het onderwerp te weten. Jij stelt de kritische vragen, waardoor de leerlingen zelf het probleem of onderwerp verder gaan uitdiepen. Uiteindelijk vormen de antwoorden van de leerlingen de kern van de discussie of het gesprek. Voor jou kan dit fijn zijn, omdat jouw emoties en standpunten niet het gesprek leiden en je daardoor vanuit een meer neutrale rol deze moeilijke onderwerpen kunt bespreken. 

Reguleren van emoties

Het kan moeilijk zijn om emoties die leerlingen hebben over het onderwerp te reguleren of te doorgronden. Ook kan het zijn dat leerlingen hele ongenuanceerde uitspraken doen met betrekking tot het onderwerp. Het onderwijsleergesprek kan je helpen om hiermee om te gaan, omdat de leerlingen door de kritische vragen min of meer gedwongen worden te reflecteren op uitspraken of antwoorden. Door deze analytische benadering leren leerlingen de kern van het probleem of de gebeurtenis te formuleren vanuit meerdere invalshoeken. Bovendien is het belangrijk dat je bij je bespreking duidelijke grenzen stelt aan wat er gezegd mag worden, zoals wanneer leerlingen discriminerende of racistische opmerkingen maken. 

In de klas

In onze lesbrieven, die we uitbrengen na disruptieve momenten in de samenleving waarbij de emoties vaak hoog oplopen, maken we veelvuldig gebruik van het onderwijsleergesprek. Kijk bijvoorbeeld naar onze lesbrief over de oorlog in Oekraïne of over de avondklokrellen om te zien hoe wij deze werkvorm inzetten in deze situaties om het gesprek in de klas zo veilig mogelijk te laten verlopen. 

Credits thumbnail

Taylor Wilcox (Unsplash), https://unsplash.com/license

Deze blog is geschreven door Yvon Wennekers, stagiair bij TerInfo (2022) en docent mens en maatschappij.